‘Zijn ex droeg nooit hakken’
Hij pakte zijn tosti ijzer uit een van de witte kastjes in zijn keuken. Ik deed mijn schoenen uit en ging op de grote eettafel zitten, welke op een meter afstand van de keuken stond. Zijn huis was klein, maar voor Amsterdamse begrippen een paleisje. Het plafond was hoog en zijn inrichting was tot in detail mannelijk edoch sexy. De televisie met daarboven een real life Pinterest bord bestaande uit ingelijste foto’s stond tegenover de te kleine bank om samen middagdutjes op te doen, maar waar je prima op kon sexen. Dat was, samen met de douche die na een schamelige 13 minuten koud werd – #noshowersex –, ongeveer het enige wat ik kon verzinnen als niet Amsterdams paleis-achtig. Boven zijn bed hing een televisie, waar hij al eerder tien bonuspunten mee had verdiend. Gewonnen bonuspunten kon hij opsparen en later inleveren voor een gezellige spelletjesavond naar keuze of een pijpbeurt, maar dat doet er verder niet toe.
Beiden hadden we los van elkaar de gewoonte ontwikkeld om How I Met Your Mother aan te zetten, daar vervolgens nog geen vijf minuten naar te kijken, de sleeptimer van de beeldbuis aan te zetten en met het geroezemoes van Ted, Barney, Robin, Marshall en Lilly in slaap te vallen. Godzijdank, want anders kon ik eerst ieder schaap van West Europa tellen voor ik de overstap naar Dromenland kon maken.
Op de tafel waar ik in mijn zwarte, satijnen jurkje met netpanty op zat, stonden allerlei soorten whisky’s in verschillende prijsklasse. Van de week had ik er een paar geprobeerd, terwijl we op de te kleine bank naar het overheerlijke First Dates keken, en wat was het mooi geweest als ik mezelf als whisky liefhebber had kunnen bestempelen.
Er werd me een bord met daarop iets wat moest lijken op een tosti toegereikt. Ik betwijfelde of het tostiapparaat überhaupt had aangestaan en vond de komkommer tussen het dubbelgevouwen sneetje brood bijzonder, maar ik had honger, was niet nuchter en pisnijdig.
‘Heb ik dat gezegd?’ De beschonken man, waar ik de afgelopen twee weken mijn vrije tijd mee had gespendeerd, kwam met zo’n zelfde bouwsel naast me zitten.
‘Ja, voor de zoveelste keer.’ reageerde ik, nog steeds stond ik versteld van hetgeen wat er ongeveer een uur geleden was gebeurd.
Mijn vrienden en ik liepen door de Marnixstraat richting de Bermuda Triangle bestaande uit de Weber, Lux en Kopstootbar.
‘Gaan we hem vanavond nog zien, Merra?’ Zo’n charmante bijnaam.
‘Heeft hij een woonboot?’
‘Beter doet hij niet te tof, haha.’
Mijn mannelijke vrienden liepen baldadig om me heen. Zij wisten als geen ander dat ik niet snel iemand voorstelde, maar gezien ik zijn vrienden op nacht twee al had ontmoet, hij mijn beste vriendin had beloofd me geen kwaad te doen en ik, laten we dat vooral niet vergeten, in de tussentijd ook nog even had gekotst op dat huisfeestje van zijn vriend, gaf ik het een kans.
‘Als hij er is, dan stel ik hem voor.’ zei ik, enigszins zenuwachtig.
We zaten in de Weber op de trap, ik tussen zijn benen in. Na een korte ontmoeting met mijn vrienden, waren zij ervandoor gegaan en bleef ik met mijn vrouwen en deze man achter. Ach, nee, het ging niet echt zoals gehoopt. Hij was te dronken en mijn vrienden hadden door dat ik niet echt op mijn gemak was, maar daar kon ik mee leven. Hij zat niet zo goed in zijn vel, dat wist ik.
‘Marjolein is één van mijn beste vriendinnetjes.’ vertelde ik hem, voor ik een slok nam. Ze lachte vriendelijk naar hem.
‘Ik ga echt niet voor iedere beste vriendin van jou mijn best doen hoor!’
De woorden vlogen door de lucht, voor ze bij mij en mijn vriendin binnen kwamen. Zei de man tussen wie zijn benen ik zat dit nou echt hardop tegen mij, waar de vriendin waar dit over ging bij zat?
Vlak daarna had ik hem verteld wat voor een klootzak ik hem wel niet vond. In het lantaarnlicht op de Marnixstraat.
‘Ik weet het niet meer, sorry.’ Volgens mij wist hij momenteel wel meer dingen niet.
Zijn bord was leeg, voor even vroeg ik me af of hij het geheel in één keer naar binnen had geschoven.
‘Jij hebt een sterke mening, ik kan je niet over me heen laten lopen. Dat wist ik al toen ik je voor de eerste keer sprak.’ Er zat totaal geen logica in de dingen die hij zei, dus logischerwijs volgde de vraag: ‘Wat wil je daar nou weer mee zeggen?’
‘Misschien gaat het gewoon allemaal wat snel.’ zei de man die me de tweede avond dat we elkaar zagen aan allemaal vrienden had voorgesteld.
‘Wat zit je nou moeilijk te doen? We kunnen het toch gewoon leuk hebben met elkaar?’ zei ik, die bij het woord relatie al naar adem snakte.’
‘Ja, maar mijn ex.. Ik heb hier jaren met haar gewoond en we hebben het samen ingericht..’
WEL GOD-VER-DOMME, NIET DIT GEJANK. Ik zuchtte diep en sloot mijn ogen voor enkele seconden. Het omgaan met dit soort emoties was niet aan mij besteed. Ik werd er vreselijk ongemakkelijk van, daarom hield ík mijn sores ook altijd voor mezelf. Daarbij was het al een jaar uit, dus ik zag niet in waarom deze godvergeten doos van Pandora ineens geopend moest worden.
‘En ze droeg ook nooit hakken.’

Met dit argument brak mijn denkbeeldige klomp, of eigenlijk – haha – mijn hak. Nee, nog beter: één van mijn tientallen hakken. Ik droeg namelijk vrijwel altijd hakken met mijn net-aan-1.70, dus gelukkig was de opmerking niet persoonlijk.
‘Goed verhaal dit. Wat wil je er nou mee zeggen, dat ze de ware was?’ reageerde ik spottend. De persoon in de keuken verschoof wat en mompelde iets.
‘Wat?’
‘Ja, misschien wel ja.’

Het was me wel duidelijk dat ik hem leuker vond dan ik wilde toegeven toen ik in mijn zorgvuldig uitgekozen lingerie in zijn bed tegen hem aanlag, nadat hij me zojuist een liefdesverklaring over zijn ex had gegeven. Als een koalabeer van 1.88 had hij zich om me heen gewikkeld. Ik was geen knuffelaar, maar met dit exemplaar ging dat me aardig af, alleen had ik momenteel weinig behoefte aan deze lief bedoelde wurggreep. Ik tuurde naar de muur aan de veilige binnenkant van het bed. Voor we gingen slapen had ik een sprankje van de prins gezien die ik kende toen hij me zei aan de binnenkant van het bed te liggen, zodat hij me kon beschermen. Tegen wat weet ik niet, misschien zat mijn jeugdvijand Karbonkel wel onder het bed. Weet jij veel.
Helaas was ik dat al snel weer vergeten toen ik dacht aan de emotiebom die ik zojuist onvrijwillig te horen had gekregen. En hoe langer ik over hem en zijn niet hakken dragende, mogelijk de ware ex nadacht, hoe meer ik me uit die fucking armen wilde wringen. Voorzichtig keek ik over mijn schouder. Het leek godverdomme net Doornroosje, de schone slaapster, alleen dan met tattoos en een alcoholwalm om zich heen. Ik leek wel gek!
‘Ik ga even naar de wc.’ fluisterde ik, terwijl ik voorzichtig over hem een kroop.
Ik sloop op mijn HAKKEN het huis door en nog geen minuut later stond ik buiten op de stoep. Dikke, vette, fuck you, vriendje.